Na de voor AMVJ vrij unieke voorronde van de bekercompetitie- poulewinnaar met maximale punten- wachtte in de knock- out fase een club met een historisch uitzonderlijk luisterrijke naam: FC Amsterdam.
Geboren in de Zeilstraat met op mijn zolderkamertje bij helder weer net zicht op de immer majestueuze Marathon Toren van het Olympisch Stadion, mag het de lezer niet verwonderen dat bij het vernemen van de naam van de bekertegenstander de archieven in mijn grijze cellen bijna als vanzelf openklapten naar het tijdperk dat de profclub FC Amsterdam in dat stadion furore maakte.
Ook al blijkt er geen enkele historische band te bestaan tussen de bekeropponent van Bordeauxrood van vandaag en het troetelkind van de al even roemruchte Dé Stoop ( tycoon van de Starlift liftenfabriek en suikeroom van de FC), de mooie herinneringen aan toen- ik heb het over de jaren ‘ 70 van de vorige eeuw- waren er niet minder levendig om.
Het was de tijd waarin je als supporter nog voor een luttel bedragje een staanplaats op vak S of T kon kopen. En als je geluk had dat er een bevriende sigarenboer in je straat winkelde, die je regelmatig de banderol om het wedstrijdaffiche meegaf, kon je voor nog geen piek je favorieten aanmoedigen, koninklijk gezeten op Vak PQ .
En zo niet, dan was er nog altijd de “piekiesmanâ€, een suppoost die zijn schamele AOWtje een beetje aanvulde door zijn hand open te houden, maar tegelijk een oogje dichtkneep wanneer je naar die goddelijke zitplaats wilde opstijgen.
FC Amsterdam was evenals zijn huidige naamgenoot een fusieclub. Drie roemrijke Amsterdamse verenigingen: DWS, Blauw-Wit en (wat later) de Volewijckers sloten zich onder die naam aaneen tot wat een kortstondige succesformule zou worden.
“De Lieverdjes†naar hun aan het braniebeeldje op het Spui ontleende koosnaam, presteerden het zelfs om in het seizoen 74/75 zowel Ajax, Feyenoord als Internazionale (jawel!) in uitwedstrijden aan hun zegekar te binden.
En dat met toppers als vliegende kiep Jan Jongbloed (voor luisteraars naar het zaterdagse sportcafé anno 1890 van RTVNH ook vandaag nog een bekende), Frits Flinkevleugel, het backie dat het in zijn DWS tijd al tot Oranje schopte , stormram Nico “snuitjeâ€Jansen, de onder niet zo piepjongen nog welbekende Gerard van der Lem en toch ook Heinz “kroketâ€Stuy, die bij Ajax al die “hete bijnaam†kreeg opgespeld.
Helaas verdwenen die toppers naar hun sigarenzaak of (ook toen al!) naar beter betalende concurrenten en was het na een kwijnend bestaan op de bijvelden van het stadion in 1982 gedaan met de FC profclub.
Maar mooie tijden waren het in een nog vrijwel hooliganloze en een vaak goedgevulde -en louter daarom: gezellige- betonnen bak met verafgelegen speelveld omzoomd door een wieler- en atletiekbaan.
De wedstrijd tussen AMVJ Eén en het hedendaagse FC Amsterdam bracht maar weinig van de opwinding en het enthousiasme die zich maar al te vaak van de jeugdige Dirk meester maakten bij het spektakel dat de immer brutaal en druistig ballende profs van weleer vaak op de stadionmat veroorzaakten.
Daarvoor was het verweer van de gasten weliswaar manmoedig, maar toch ook te zwak om tegen een maar matig geïnteresseerd Bordeauxrood voor een kolossale verrassing te kunnen zorgen. Het leek er nog even op toen de zondag vijfdeklasser na een defensief cadeautje nog gelijkmaakte (1-1) maar een eigen goal vlak daarna maakte aan alle illusies daaromtrent wel een einde.
Zonder ook maar tot sprankelend spel van enig niveau te geraken, was het met rust toch al 4-1 voor de thuisploeg.
Ik was benieuwd wat coach Schakel ervan gevonden zou hebben. Maar evenals er nog een klein peloton afwezigen met vakantiekriebels was, genoot ook hij (gelukkig) van een welverdiend tête a tête met zijn eega ergens in Verweggistan.
Dat de score in de tweede helft nog tot 9-2 opliep was meer het gevolg van het verder slinkende verzet van de overigens correct en sportief acterende Fc-ers, dan van een speer van een tweede bedrijf van de kant van Eén.
Slechts een paar spelers reikten aan hun normale niveau, de rest had blijkbaar last van een lange dag op het Loopveld.
Want dat moet ter compensatie van de matige vertoning wel worden gememoreerd: de boys stonden voor hun doen in alle vroegte van 10 uur al allemaal op het veld om de jongste jeugd van de club met clincs en clownerieën uren lang te vermaken. En aangezien de pot tegen FCA pas om 16.00 uur begon vergde het lange wachten waarschijnlijk teveel van het toch al getormenteerde concentratievermogen.
Johan Cruijff zou dit ongetwijfeld aforistisch hebben betiteld als: “Da’s logisch, maar niet handigâ€. (van harte sterkte en beterschap gewenst JC!)
Misschien was het niet handig en ook logisch, maar het was wel onvoorstelbaar tof van de boys om de Bordeauxrode kids een topochtend te bezorgen. En daarvoor alle hulde en dank van
Dirk