69x gelezen

Een taai hoofdgerecht tussen een lekker voorgerecht en prima toetje


Uit eten gaan of lekker ergens gaan smikkelen zijn in deze moeizame wereld aanlokkelijke verstrooiingsmomenten voor menig mens, mits men er een goed gevulde beurs op na houdt.

Want ook het horecawezen heeft de weg naar virtueel inflatoire prijzen gevonden.

Maar gezien de moeite die je soms moet doen om ergens een tafeltje te reserveren, laat staan zonder belletje vooraf een plekje in een restaurant te bemachtigen, zijn er nog voldoende pseudo-gelukkigen met voldoende banksaldo om tot nu toe aan de terugval naar de armoedegrens te ontkomen.

Want laten we wel wezen: de prijzen voor een gemiddeld drie-/vier-/vijf-of meer-gangen menuutje rijzen in rap tempo en in oplopende heftigheid de kookpan en wijnfles uit.

En dan is het nog te hopen dat de kwaliteit van het geserveerde gelijke tred heeft gehouden met de prijs (hoog!), zodat de rekening met een dankbaar gevulde maag tot pinbon kan worden verteerd.

En dat is volgens de vele epigonen van de Godfather der culinaire journalisten Johannes van Dam lang niet altijd het geval.

Je zal maar net goed en wel hersteld zijn van een door Gordon Ramsay of andere terroristisch aangelegde televisiekok aangerichte “oorlog in de keuken”, of je wordt door zo’n culinaire spoorzoeker op een ordinaire onvoldoende getrakteerd. Waarschijnlijk definitief “einde oefening”.

De klanten die het nog wel zouden willen proberen blijven weg en zullen zich mogelijk teleurgesteld en wantrouwig ook niet nog eens in de prijzige menukaart van een ander etablissement willen verslikken.

En bovendien wordt men zappend langs vrijwel alle zichzelf respecterende en concurrentiegevoelige TV-, YouTube of andere social media-kanalen, al snel een oplossing aan de hand gedaan: “ga lekker zelf (leren) kokkerellen”.

Net zoals dat met de horecaprijzen het geval is rijzen ook de kookprogramma’s de – vaak gesponsorde – blenders van professionele culinaire kokers uit.

Ik heb even op een service-site gekeken naar hoeveel er van die kookgoeroes op Nederlandstalige zenders hun kunsten vertonen, maar ik ben maar bij 25 gestopt om het beweerde in de vorige zin te bewijzen.

Naar mijn idee zijn er vast heel velen die zich graag het odium van ”amateur cuisinier” opspelden. Maar ik kan u met enig recht van spreken uit ervaring vertellen dat het niet meevalt om bijvoorbeeld een originele lauwwarme béchamelsaus – dus niet uit een zakje! – op juiste smaak en dikte te fabrieken. Ook al willen de dames en heren profchefs u doen geloven dat het maar een koud kunstje is.

Ooit heb ik samen met mijn buurman Gerard, een echte top hobby-kok, enige tijd “live” kookles gehad, maar de puike chefkok die een groepje gretige mannen de kneepjes van het vak trachtte bij te brengen, raakte bijkans zelf van de kook wanneer hij – en niet alleen van mij gelukkig – het resultaat van onze pogingen zag, laat staan proefde.

Ik heb nog best een paar aardig gelukte pogingen ondernomen, maar tegen mijn buurman kon ik niet op en kookt mijn lieve eega al jaren als de beste (en gezond).

Maar kookt u lekker verder of laaft u zich gerust aan de verlokkingen van het Huis aan de Poel (Amstelveen) of een van de andere Michelinsterren kokers.

Ik had dit ideetje over koken, eten en menukaarten nodig om ook nog iets te kunnen vertellen over de gerechten die op deze winderige en loeikoude maar zonnige zaterdag aan mij en anderen werden opgediend op het Loopveld.

Natuurlijk, het ging hier niet louter om het smakelijk verorberen van een broodje frikadel, een patatje en wat bitterballen en andere snacks na afloop van het potje dat door AMVJ en Wartburgia op het veld was gekookt.

Maar toch had deze middag iets van een driegangen menu. Zal ik toelichten.

Omdat ik mijn best doe om in ieder geval de scheids van dienst te ontvangen neem ik een redelijke ontvangstmarge in acht.

Maar vandaag was de ref. er al, maar hij wuifde mijn gestamelde “sorry“ direct en joyeus naar het rijk van de vergetelheid. “We zijn altijd vroeg”, sprak de niet verwachte maar als stand-in door de bond aangewezen “traktatie van de dag”: de bijna 70-jarige maar nog steeds actieve topscheids van weleer. Een derhalve nog wel op de voorgrond tredende éminence grise van het scheidsrechterwezen: Roelof Luinge (tutoyeren mocht).

Evenals vorig seizoen, toen hij ook een wedstrijd bij ons floot, was hij weer samen met zijn trouwe gezel en chauffeur Peter.

Daar zaten ze alsof ze niet weggeweest waren.

Het werd een lekker voorgerecht, met veel anekdotes en gezellige kout over het drukke bestaan dat Roelof er met het leiden van wedstrijden (en veel uitnodigingen) nog op na houdt.

Zo is hij bijvoorbeeld als scheids gevraagd voor een wedstijd in het kader van het jarige Heerenveen dat een erewedstrijd organiseert met spelers uit vroeger tijden.

Maar ook “gewone competitiewedstrijden zijn nog steeds een kolfje naar zijn hand.

“Actief blijven en bewegen en sporten” is hem aan het postuur af te lezen. Je ziet tegenwoordig wel wat corpulenter, en vaak jongere collega’s met de fluit op de velden opereren.

Omdat het de vorige keer ook zo was na afloop, zou het in de nazit ook weer een gezellig en prima toetje van de middag worden. En dat gebeurde ook.

We spraken over de wedstrijd, waarover straks nog iets meer, over Roelofs nog immer onberispelijke autoriteit te velde en zijn gemeende mededogen met Bordeauxrood.

Er vormde zich bijna natuurlijk een groepje mannen, waarbij ook, oh wonder tegenwoordig, Jan de Haan, aardig bestuurslid van Wartburgia aansloot. Jan doceerde zittend op een tafel dat Wartburgia een van oorsprong “Lutherse vereniging” is die de naam ontleende aan het kasteel Wartburg in Duitsland dat gelegen op een 441 meter hoge heuvel aan Maarten Luther onderdak bood en waar deze oorspronkelijke Katholiek, met zijn befaamde 95 stellingen, een nieuw geloof predikte (zie ook mijn impressie van een week geleden over dit onderwerp).

Jan vertelde ook dat een groep getrouwen nog elke vijf jaar een tocht onderneemt naar dit kasteel en de 411 meter lopend overbrugt. En wat de naam van de club betref sloot hij zijn “college” af met de onthulling dat “gia” in de naam is gekomen door te kijken naar andere clubs met zo’n aanvulling, in dit geval: “Zeeburgia”.

En toen ook onze voorzitter, Lex van Hees, zich als relatieve jongeling na zijn eigen potje aansloot kon ik onderstaande foto als bewijs aanvoeren dat het ook zonder bestuurskamer maar in een volle kantine heel ongedwongen gezellig (en leerzaam) kan zijn tussen “bestuurders en scheidrechters”. Ook na een voor AMVJ weer taai hoofdgerecht.

Ik twijfel (nog) niet aan de goede bedoelingen van de spelers, maar het is nu al weken strijk en zet dat de ploeg van Daan van Hees na luttele minuten op achterstand staat. Met meer dan één doelpunt. Waren het vorige week tegen SDZ 2 pingels vlak na het begin, vandaag was het volgens supersupporter Ton de Veij en ondergetekende haast onwerkelijk hoe het na 12 minuten alweer 0-2 stond.

De eerste was een weggevertje van een verdediger die blijkbaar na 7 minuten dacht dat je je tegen een zoals gebruikelijk direct na het begin strak jagende tegenstander, bij de achterlijn en vlak bij het doel wel een paar frivole passeerbewegingen kon permitteren. Nee dus! (0-1.)

Vijf minuten later kon een Wartburgiaan via een slecht en slap verwerkte corner geheel vrijstaand en ongehinderd de 0-2 aantekenen.

Wetend dat aanvallen ook niet het sterkste punt van de thuisploeg is, was het leed – in onze inmiddels weer droge ogen – dus alweer geschiedt.

Nog voor rust werd het door een dominant en prima acterende tegenstander tegen een steeds onzekerder en in foute passes grossierend AMVJ ook nog 0-3.

Hopen dat er misschien nog iets aan die achterstand te repareren was, bleek een ijdele hoop, want in minuut 48 en 50 na de hervatting was het weer messcherp gestarte Wartburgia nauwelijks gehinderd naar 0-5 uitgelopen.

Het mag gezegd worden dat de Bordeauxrode boys in de rest van de tijd manmoedig bleven proberen de bal naar de juiste kleur te krijgen en de tegenstander wat nadrukkelijker aan te pakken, maar dat kon niet verhinderen dat na 60 minuten de uiteindelijke eindstand op het scorebord oplichtte (0-6). En de keeper van de gasten het ook daarna steenkoud moet hebben gehad.

Om het hoofdgerecht van deze middag maar in kookstijl samen te vatten: “Wartburgia was de chef kok” en “Heel AMVJ Bakte er maar weinig van”.

Het toetje vergoedde echter, zoals net beschreven, veel zo niet alles na een doorkleumde taaie middag langs het veld voor

Dirk (en Ton)