394x gelezen

Over “normaal”, enthousiasme en euforie

Na de door de Peppie en Kokkie van de Nederlandse politiek afgekondigde nieuwe Coronamaatregelen voor de sport, is één ding afgelopen dagen wel duidelijk geworden: ze zijn niet te handhaven door de vrijwilligers in het amateurvoetbal.

Het is daarfmee de zoveelste vage tekentafelabnormaliteit die hoog-gezeten notabelen tijdens deze hardnekkige pandemie over ons “outbraken”, die vrijwel gedoemd is om “schuldloos” overtreden te worden.

Gelukkig dat de Tweede Kamer nu eens een keer iets zinnigs te zeggen had (in plaats van elkaar vanaf spreekgestoelte en interruptiemicrofoon grofstoffelijk de maat te nemen) over de inhoud van een aanvankelijk voornemen van wat nog steeds doorgaat als een niet weg te krijgen demissionaire regering, anders hadden we bij handhaving door gediplomeerde handhavers wellicht meteen de boete-aanslag op de contributies tegemoet kunnen zien. Of om dat te voorkomen de sportparken maar meteen weer op slot doen.

Ook het restant van het sportparkenverdict was echter nog van dien aard dat je daar niet echt vrolijk van werd. In dit geval even optredend als uw chroniqueur-bestuurslid van een op zich best aardig gerunde club, worden wij – en onze collega’s in den lande – immers steeds weer opnieuw voor uitdagingen gesteld, die evenzovele hoofdbrekens kosten.

Zo zou vanaf zaterdag bij alle kleedkamers een vrijwilliger of functioneel bij de club betrokkene (die trouwens zelf ontsnappen aan de controledwang!) moeten staan om elektronisch vast te stellen of iedereen die zich droog in zijn Jansen en Tilanus wil hijsen en zich daar na afloop ook weer wil uithijsen, wel naar binnen mag.

Ik las in het Parool dat bij een vereniging zelfs beveiligers werden ingehuurd om dit soort gedoe te handhaven. (Hopelijk zijn die dan in het bezit van een coronapas en zo niet, dan kunnen ze altijd nog worden gebombardeerd tot tijdelijk “functioneel aanwezige”……)

Dat het er niet al te best uitziet met het gevecht tegen een minuscuul maar machtig virusje, is mij bekend en ook dat het moeilijk laveren is tussen de Scylla van het economisch/maatschappelijk belang en de Charybdis van effectieve coronabestrijding. Sowieso zal het nog wel enige tijd duren voor er echt sprake kan zijn van een terugkeer naar wat vroeger – naar mijn overtuiging onterecht (maar dat is een ander verhaal) – als “het normaal” werd gekarakteriseerd. Maar ik vrees dat maatregelen zoals nu doorgevoerd weinig tot niets bijdragen aan een bespoediging van het een noch het ander.

Natuurlijk mag in ons voetbalwereldje worden gerekend op ieders persoonlijke verantwoordelijkheid om zo goed mogelijk mee te werken aan het voorkomen van een nieuwe competitie-lockdown. Maar dat hebben sporters helaas niet alleen zelf in de hand.

Gelukkig kon er afgelopen zaterdag nog worden gespeeld. Onder een weliswaar somber aandoend en af en toe druilerig zwerk in Oostzaan, alwaar Bordeauxrood een lastige klus tegemoet ging tegen “Angstgegner” en een hoog op de ladder prijkend OSV. Want ook in betere tijden dan vandaag met die redelijk belabberde start achter de voetbalkiezen, werden er op het Oostzaanse kunstgras zelden punten gescoord; laat staan gewonnen.

Hoe verrassend anders pakte dat deze middag uit.

Na het wat onnozele gelijkspel van vorige week dat behoorlijke vraagtekens achterliet over de mentaal-geestelijke en fysieke weerbaarheid van de Kumar Kids, stond er gelukkig weer een TEAM op het veld.

Hoe coach Kumar dat met zijn gezellen afgelopen week heeft “gefixed” (zie mijn impressie van vorige week) is mij niet bekend. Maar het was een waar genoegen te zien hoe deze line-up, ondanks dat er weer een heel stelletje ontbraken, vanaf de eerste fluit van de scheids van dienst, de heer Dorrestijn, van leer trok.

Dit leek in niets op het vaak plichtmatig ogende gedoe van eerder. Het was niet allemaal even gepolijst, maar er werden serieuze pogingen gedaan om de bal in de ploeg te houden en tegelijkertijd de tegenstander weinig ruimte te laten om lekker te ballen. En dat lukte in wat in het vervolg een boeiend potje voetbal zou worden heel aardig. Zo aardig zelfs dat al na een paar minuten een OSV-er genoodzaakt werd om de bal achter zijn eigen goalie te deponeren (0-1).

Dat cadeautje gaf uiteraard een extra “boost” aan het zelfvertrouwen en de drive van Eén. Waarmee maar weer eens bewezen werd dat collectief enthousiasme meewerkt om uit de bekende hoek van de klappen te komen. En die “van binnenuit gevoede inspiratie” – vrije vertaling van het woord “enthousiasme” – was verheugend merkbaar.

Ook toen OSV een tikkie out of the blue nog voor rust de gelijkmaker intikte, bleef de inzet van het team ongebroken (rust 1-1).

In de tweede helft werd de draad weer vol elan opgepakt. Een mooie aanval vlak na de thee kon slechts worden onderbroken door een pingelwaardige overtreding van de gastheren. Een ijskoude Lionel Grootfaam liet de OSV-doelman met een geplaatste schuiver kansloos (1-2).

Het bleef daarna een boeiende strijd tussen twee teams die beide voor een goed resultaat gingen; en waaraan de scheids af en toe de handen vol had. Maar die eigenlijk nooit over de schreef ging. En voor Bordeauxrood moest het mooiste nog komen.

Goed verdedigen onder leiding van captain Bram van der Driest en een eveneens excellerende Randel Shakison leidde een messcherpe counter in waarin Tyrell Perri de hoofdrol vertolkte door in zijn uppie een half veld over te steken en naar binnen snijdend de bal snoeihard voor de 1-3 in het net te knallen.

In de (te) lange blessuretijd slaagde de thuisploeg er toch nog in om tegen inmiddels tien man (Bram tweemaal geel) alsnog een tegendoelpunt te maken (2-3).

En daar bleef het bij, zodat de kleedkamer van Bordeauxrood er na afloop een gevaccineerd en wel opgelucht-euforisch dus terecht “uit de bol gaande” aanblik bood.

Hopelijk is het lek nu door de ervaring van: “we kunnen het nog”, definitief boven, zodat het vervolg, dat AMVJ overigens pas op 27 november naar de paardenbaan in Alkmaar brengt (tegen Jong Holland) even driepuntwaardig blijft als dat in Oostzaan het geval was.

In ieder geval reed uw chroniqueur dit keer vervuld van mooie gedachten terug naar huis, alwaar onze buurman Gerard, een amateur top-kok, een fameus diner had bereid, dat er de oorzaak van was dat dit stukje wat later dan gewoonlijk werd geproduceerd door

Dirk