Onder mild Antarctische omstandigheden had ondergetekende van coach Maurice het privilege gekregen deze ijswinderige middag op het Loopveld met een vlagje tussen de verkleumde vingers de niet meer zo piepe botten enigermate warm te houden. Dit voorrecht betekent echter wel dat je een niet geheel integraal beeld krijgt van het spelverloop. Want één onoplettendheid bij vermeend buitenspel of een onjuist beoordeelde uitbal en de lichtste straf die je tegenwoordig als clubgrens ten deel kan vallen is de onverholen hoon van de vijandige zijlijn.
Nou valt dat laatste tegen derbygenoot NFC best mee, maar toch, je wordt niet geacht het al te bont te maken met het ten toon spreiden van al te pregnante eigen interpretaties van de spelregels.
Ondanks die visuele overall handicap had ik wel in de gaten dat er een minuut of tien na het beginsignaal van de correcte scheids van dienst, de heer Bakridi, best al een 2-2 op het bord had kunnen staan.
Want beide ploegen gingen vol op de aanval, met aanvankelijk de thuisploeg als meest dreigende maar weer niet doorbijtende partij. Maar toen de lat boven Levien Rocha een keertje vervaarlijk had getrild achtte underdog NFC het zichtbaar mogelijk er dat deze ijskoude middag wellicht een hartverwarmend resultaat bij de aartsrivaal te halen zou zijn.
Hoe anders liep het voor de ploeg van de aardige coach en volbloed voetbaldier Patrick Lokken.
Want al na zo’n vijfentwintig minuten moest een van zijn spelers met twee keer geel de strijd al staken. De laatste kaart na een volkomen onbegrijpelijke handsbal binnen de zestien, die Mark Schol vanaf 11 meter de rake kans bood zich door zijn maatjes te laten knuffelen.
Bordeauxrood was de rest van de eerste helft met één man meer veel sterker en voetbalde tot het strafschopgebied vaak heel aardig. Maar nu was het de eindpass die telkens in grote slordigheid stierf. Tot een paar minuten voor rust, toen twee wel zeer glad lopende aanvallen eerst door Imke van Moorselaar met een intelligente inprikker en even later door Wieger Visser met een leep rollertje AMVJ tot een naar later bleek te geriefelijke ruststand werden afgerond (3-0)
Hoewel ik in de rust niet gaarne in een warm gestookt en gezweet pauzehok kom, was de rustgevende stand en een warm koppie thee voldoende aanleiding om mij de analyses van de immer felle coach Maurice met smaak te laten welgevallen. Zijn meeslepende missie voor de heren: “met het idee van 0-0 na rust zo verder gaan en er straks met minstens een 7-0 eindstand weer vanaf komen “. Het leek een fluitje van een cent tegen een gedecimeerde en reeds wat vermoeid ogende tegenstander. Maar met het obligate “ja-ja ja- gebrul” was echter alle energetisch motiverend kruit bij zijn pupillen verschoten. Want Eén bakte er geen hout meer van na rust. Sterker nog, voor zover ik het kon waarnemen waren de tien van NFC feller, lekkerder bezig met elkaar en in feite beter dan de lamzakkerig over het veld drentelende Mauricmeute. Dat werd al binnen een minuut na rust afgestraft, toen de spits van NFC compleet vrije doortocht werd verleend om zo het vuur van de hoop in de blauw-witte harten brandend te houden. Het was dat Levien Rocha zijn slaapwandelende kompanen voor een aansluittreffer behoedde anders zou het deze middag voor Eén nog wel eens heel ongaarne hebben kunnen aflopen. Nu bleef het lang 3-1 ook al omdat de Bordeauxrode spitsen uit een blijkbaar immens grootmoedig mededogen met de vijand, weigerden ook de allermooiste kansen te benutten. (en dat waren er nog al wat ) Aan de andere kant bleef het door het niet aflatend opportunistisch enthousiasme van het Lokken team toch af en toe best benauwd voor de AMVJ veste.
Vooral bij vrije schoppen van de immer nog vervaarlijk dreigende Marcel Wennekes was het bij tijd en wijle bordeauxrode billen knijpen.
Als Wieger Visser in het eindsignaal niet alsnog de 4-1 had aangetekend was de tweede helft door Eén tegen tien strijdbare mannen zelfs verloren gegaan. Nu leek deze pot na afloop uitslagjournalistiek gezien een eitje geweest. Maar de benepen ontevreden koppies in de AMVJ kleedkamer zeiden voldoende dat zo’n conclusie dus te flatteus overdreven zou zijn. Wat wel restte was de tevredenheid over de drie punten in de tas en later ook over de puntenverspillende gestes van de naaste concurrenten voor de promotieplaatsen.
Maar hopelijk beklijft na dit larmoyante optreden het besef dat een potje voetbal ook een tweede bedrijf van 45 minuten kent. En dat daarin zelfs na een overtuigende “klaar is kees” voorsprong en zelfs tegen tien man in ieder geval nog wel een beetje gezamenlijke spirit ten toon gespreid mag worden.
Complete en iets betere tegenstanders weten met zo’n verval radicaal meer raad dan het overigens te laag staande NFC. Die maken gehakt van zo’n mentale dispositie.
Althans naar het oordeel van
Dirk