Het was voor Bordeauxrood op deze eerste dag van de nieuwe competitie in 3B nog onbestendigheid troef. Gelijk het weer op het Loopveld waar slagregens en zonneschijn zich regelmatig en tegelijkertijd fors lieten gelden.
Wanneer mijn oma met dit weerbeeld werd geconfronteerd sprak ze immer, mij bijna plechtig aankijkend:´Zie jonkse, het is weer eens “Kermis in de Hel”’. Wanneer je een kermis vereenzelvigd met plezierig jolijt en de hel als een uiterst naargeestige omgeving zal er dus sprake zijn van een behoorlijk onbestendige toestand.
Het ene moment pret afgewisseld met gevoelens van afgrijzen.
Voordat uw chroniqueur van de strapatsen van Bordeauxrood daar verder op in gaat eerst nog even dit.
Aangezien de jaartjes gaan tellen, de bron van improvisaties rond een potje voetbal toch een tikkie begint op te drogen, ik absoluut weiger om een uitgebreid relaas te doen over het rollen van de bal gedurende (meer dan) 90 minuten, en last but not least het voorbije seizoen nou bepaald niet bol stond van voetballol en -jolijt, heb ik – wellicht tot opluchting van velen – op het punt gestaan om te stoppen met mijn frutsels.
Dat ik – tot teleurstelling van hen – op de valreep alsnog achter het toetsenbord ben gekropen, heeft te maken met de veronderstelling dat er in een nieuwe, lagere klasse met veel nieuwe tegenstanders wellicht toch weer de nodige inspiratie wordt aangereikt. En er hopelijk ook van Bordeauxrood meer zoet te beleven valt na het zuur van het afscheid uit 2A.
Met een beperktere selectie van 20 man en als nodig is aanvulling uit het tweede is gelukkig een gematigder toon over de kansen aangeslagen dan aan het begin van vorig seizoen. En na de onbestendig verlopen bekerpotjes lijkt dat van de nodige wijsheid en nederigheid te getuigen.
Want roeptoeteren dat we “zomaar even zullen terugkeren naar hoger sferen” zou, ook al gegeven de ploegen in 3B, ongefundeerd hoogmoedig hebben geklonken. En het bewijs dat enige – zij het hoopvolle – bescheidenheid siert, werd ook deze eerste pot tegen het ook uit de tweede klas geduikelde Almere voluit geleverd.
Zo zijn we ongemerkt terug bij de eerste zin in dit stukje.
Het eerste optreden van AMVJ was om het maar weer-technisch en plastisch te zeggen: afwisselend kermis, gelardeerd met fases van hel. Onbestendig dus.
Het begon allemaal heel aardig onder leiding van een vriendelijke maar in het veld gestrenge heer Hibatullah. Bordeauxrood speelde het eerste half uurtje fris van de lever. Niet briljant maar wel collectief het meest dreigend.
Aan de inzet mankeerde weinig tot niets. Het aantal lange halen naar voor werd aardig gecompenseerd door opbouw van achteruit. Verdedigend zat het redelijk in elkaar. Uit de onbestendige bekerpotjes leek lering te zijn getrokken (restverdediging intact houden).
De 1-0, bekroond door Max Krake, was het resultaat van één van de scherp uitgevoerde snelle aanvallen. Er kwamen meer mogelijkheden en kansen maar die leidden helaas niet tot nog meer “kermis”.
Van Almere was tot dan toe weinig stootkracht te merken, maar het was wel duidelijk dat er “veel voetbal” in dit nog vrij jeugdige team zit.
In het tweede deel van de eerste helft zakte de thuisploeg – een beetje gewoontegetrouw alweer – terug naar een veel minder niveau en kreeg moeite met de snelle spitsen van de gasten. Na een afgekeurd doelpunt van Almere moest kiep Anthony van den Eerenbeemt even daarna toch vissen na een, gezien de verhouding te velde op dat moment, verdiende gelijkmaker (1-1).
Na rust was Almere aanvankelijk voetballend de betere ploeg en was Bordeauxrood te slordig om potten te kunnen breken. Toch kwam de thuisploeg op een voorsprong na een afgeslagen corner, gevolgd door een puike voorzet van Melvin Grootfaam op het gretige hoofd van aanvoerder Burak Sitil die na een kanjerkopbal de huldebetuigingen in ontvangst mocht nemen (2-1).
Het leek wel of die voorsprong AMVJ geen goed deed. Onrustig gedoe, veel balverlies en veel lange halen deden denken aan vervlogen (treur)dagen. Soms met het nodige kunst -en vliegwerk werd een gelijkmaker voorkomen.
Toch leek het er met het vorderen van de tijd op dat er drie punten voor de poorten van de hel weggesleept zouden worden, toen de scheids kort voor tijd voor een (vermeende?) handsbal naar de stip wees. Ondergetekende had zich al verzoend met een puntje maar kiep Anthony dacht daar anders over en stopte de matig ingeschoten pingel met bravoure.
Die meevaller had een uiterst opbeurend effect op het Kumar Cohort.
De mouwen werden nog een keer opgestroopt en toen de doorgebroken Jeffry Bok binnen de zestien werd neergehaald mocht Burak Sitil met een bekeken pingel zijn tweede en voor het team derde doelpunt scoren, een dreigende hel van puntverlies zo ombuigend naar de kermis van een zwaarbevochten 3-1 zege.
Na coach Ricky een realistische terugblik voor het sportprogramma “de Acht van 1Amstelveen “ te hebben ontlokt, drentelde ik opgelucht terug naar mijn karretje en zag dat aan een onbestendige middag een nog een ander kleurrijk einde was gekomen in de vorm van een genderneutrale, puur natuurlijke wonderschone regenboog.
Dirk