De betekenis van het gevleugelde gezegde: “what’s in a name?” laat zich het best duiden door wat Julia daarover debiteert in het fameuze toneelstuk “Romeo en Julia” van de in veel opzichten ongeëvenaarde William Shakespeare”.
Vrij vertaald zegt zij ergens in het tweede bedrijf, tweede acte: “wat doet een naam ertoe? Als we een roos toevallig een andere naam hadden gegeven, zou die nog net zo zoetig hebben geroken”
Merkwaardig begin wellicht van een impressie over een meestal weinig prozaïsch potje voetbal in de tweede klas zaterdag. Zal het u uitleggen.
Voor AMVJ 1 is het tot nu toe een en al onwennigheid dit seizoen in afdeling 2B, dat zich voornamelijk afspeelt tegen ploegen uit Utrechtse en Zuid-Hollandse dreven.
Tegen clubs met vrijwel allemaal namen die bij ondergetekende en andere Bordeauxrode adepten nauwelijks iets van herkenning op het netvlies projecteerden.
De Schakelboys hebben er inmiddels een behoorlijk aantal van ontmoet en ik mag met Julia wel zeggen dat als ze een andere naam hadden gehad dat er dan niet anders zou worden geacteerd dan men in deze regio blijkbaar gewend is.
Om het in een paar termen samen te vatten: behoorlijk stevig, krachtdadig, en gretig tot het eind.
Maar “what’s in a name”, nietwaar? Het gaat per slot om de inhoud; en die is Eén tot nu toe best een beetje rauw op het dak gevallen. Met andere woorden: het valt niet mee om de puntjes binnen te harken tegen zoveel power.
De naam van de tegenstander van vandaag: “Be Fair” deed mij echter in eerste aanleg toch wat zachtaardiger aan dan rauwere en meer voetbaleigen klanken als SDCP, TAVV, CJVV en zo meer.
Bovendien een naam die ik eerder zou hebben geassocieerd met een “well to do” hockeyvereniging ergens in de buurt van “well tot do” Bloemendaal.
Kortom: een opponent wellicht die met fluwelen handschoenen aan te pakken zou zijn. Ook al gezien hun huidige plek op de ladder.
De werkelijkheid bewees vanmiddag echter weer eens hoe riskant en onverstandig het is om er dat soort veronderstellingen op na te houden.
In de eerste plaats bleek Be Fair een fors uit de kluiten gewassen voetbalclub te zijn, met een fraai complex en een pronkgezellige kantine annex tribune.
En voor het overige leek de thuisploeg ook in niks op een ietwat nederige tegenstander die de bijna spirituele naam zou kunnen doen geloven.
Integendeel: ook deze ploeg had een drive die congruent was aan die van de andere strijders in 2B: behoorlijk stevig, krachtdadig en gretig. Niet groots ballend maar wel met veel inzet om er samen het beste van te maken.
Zeker de eerste helft was dat ook zo.
Wat er met Bordeauxrood in die eerste vijfenveertig minuten aan de hand was laat zich moeilijk in enige positieve zin duiden. Er klopte hoegenaamd niets van.
Rommeligheid en onvoorstelbaar veel balverlies typeerden de acties van AMVJ. Nauwelijks in de buurt van de vijandelijk zestien; en niet één schot kreeg de Be Faire goalie te verwerken. “Tweede ballen” waren allemaal een prooi voor de mannen van coach Gerard de Geus.
En daardoor en ondanks of wellicht dankzij de ook vandaag weer versterkte defensie was er volop ruimte voor de thuisploeg om vanaf het middenveld aanvallend de nodige dreiging voor kiep Dirk Roelofsen te creëren.
Maar die had ondanks inbraaksores in zijn auto diezelfde ochtend en een daardoor late aankomst ter plaatse absoluut geen zin om zich ook maar een moment gewonnen te geven. Met een paar lekkere saves zorgde hij ervoor dat zijn maatjes in ieder geval nog ongeschonden de rust haalden.
Sterker nog hij groeide uit tot de held van de Bordeauxrode garde door vijf minuten voor afloop van de pot een pingel te stoppen die overigens na (iets eerder) onterecht niet bestraft buitenspel werd toegekend (en als u mij niet gelooft vraag het de supporters van Be Fair achter mij maar die zo fair waren om het met deze grens een te zijn).
De kleur van de evaluatie tijdens de rust laat zich eenvoudig raden: het schaamrood over het vertoonde diende te worden ingewisseld voor het vuurrood van collectieve agressie en inzet in het tweede bedrijf.
Coach Hassan Azoum, die de honneurs waarnam voor de zieke Hans Schakel predikte het vertrouwde hoog druk zetten en het back to the basics van de even vertrouwde speelwijze.
En het moet gezegd: het tweede bedrijf zat er meer kleur in het optreden van Eén.
De tegenstander werd met minder fluwelen handschoentjes aangepakt en de wil om met drie punten naar huis terug te keren keerde terug in de gelederen.
Maar groots werd het allemaal niet.
Wel wat meer druk op het vijandelijke doel maar ook nu weer nauwelijks mogelijkheden laat staan uitgespeelde kansen. Slechts eentje viel er te noteren maar die ging aan de verkeerde kant van de paal verloren.
En omdat Be Fair zo fair was om de eerder vermelde strafschop te laten stoppen en verder ook geen potten meer brak was een weinig verheffend van Turenhoutje (NUL-NUL) het resultaat van een overigens faire wedstrijd.
Tot slot: dat de betekenis van: “what’s in a name? ” soms wel degelijk gedekt wordt door de inhoud van handelen bleek niet alleen te velde, maar ook bij de faire leiding van de club die het oké vond om het begintijdstip van de match te verlaten, totdat Dirk Roelofsen (zie boven) ook in staat was om zijn kunsten te vertonen. Ook de wijze van ontvangst en nazit waren van een zodanig vriendelijke kwaliteit dat deze tegenstander van AMVJ de naam terecht met ere mag dragen van
Dirk